Hoe globalisering de callgirlindustrie in Nederland heeft veranderd

Hoe globalisering de callgirlindustrie in Nederland heeft veranderd
Bram van Dijk 0 Reacties oktober 31, 2025

In de afgelopen twintig jaar is de callgirlindustrie in Nederland fundamenteel veranderd. Niet door nieuwe wetten, maar door iets veel krachtigers: globalisering. Vroeger werkten de meeste callgirls in Nederland uit eigen regio, kenden ze hun cliënten persoonlijk, en waren de tarieven vaak afgesproken op de hoek van de straat. Vandaag de dag zijn de meeste callgirls in Amsterdam, Rotterdam of Den Haag geen Nederlanders meer. Ze komen uit Roemenië, Polen, Moldavië, Filipijnen, Brazilië en zelfs uit Thailand. En ze werken niet meer op straat - ze werken via apps, websites en WhatsApp.

Van straat naar smartphone

Het oude model van callgirls die op de hoek stonden of in een kamer in een woning werkten, is bijna verdwenen. Waar vroeger een vrouw met een rokje en een sigaret op de kruising stond, zit nu iemand in een appartement in Eindhoven met een laptop, een goed licht en een profiel op een site als Escort4You of OnlyFans. Deze verandering is niet het gevolg van een politieke beslissing, maar van technologie en toegang tot globale markten.

De smartphone is de nieuwe straat. Een vrouw uit Ierste van de oostelijke EU kan in Boekarest een profiel aanmaken, een paar foto’s uploaden, en binnen een uur klanten hebben in Amsterdam. De kosten zijn laag: een VPN, een bankrekening via Wise, en een paar euro voor een simkaart. De winstmarge is hoog. Een callgirl die 150 euro per uur vraagt, verdient in een week meer dan de gemiddelde loon in haar thuisland.

De rol van de internationale netwerken

Globalisering betekent niet alleen dat mensen verhuizen. Het betekent ook dat netwerken groeien. Er zijn nu georganiseerde groepen die callgirls uit Oost-Europa naar Nederland brengen - soms met beloften van een ‘modelbaan’ of ‘hostesswerk’. In werkelijkheid zijn het vaak mensenhandelstructuren, gecombineerd met sociale media en digitale betalingssystemen.

Deze netwerken werken als een internationale supply chain. Een agent in Chisinau registreert vrouwen, verzorgt hun visa, organiseert de reis, en zorgt dat ze een adres hebben in Nederland. Daarna krijgen ze een training: hoe je een profiel maakt, hoe je met cliënten communiceert, hoe je veilig bent. Ze krijgen een apparaat, een rekening, en een lijst met tarieven. Ze zijn niet vrij - maar ze zijn ook niet altijd slachtoffers. Sommige kiezen ervoor om dit te doen, omdat het beter is dan de alternatieven thuis.

Waarom Nederland? En waarom nu?

Nederland is geen toevallige bestemming. Het land heeft een lange geschiedenis van tolerante wetgeving over prostitutie. Sinds 2000 is het legaal om als callgirl te werken - als je je registreert en belasting betaalt. Dat maakt het een aantrekkelijke markt voor buitenlanders. Ook de taal helpt: veel mensen spreken een beetje Engels, en veel cliënten zijn internationalen zelf - expats, zakenmannen, toeristen.

Daarnaast is Nederland een logistiek knooppunt. Vluchten van Oost-Europa naar Schiphol zijn goedkoop en frequent. De overheid is minder agressief dan in buurlanden als Duitsland of België. Politiecontroles gebeuren, maar vaak alleen als er klachten zijn. Dat maakt het een relatief veilige plek om te werken - voor zowel de callgirl als de cliënt.

Digitale netwerken verbinden Europese en Aziatische steden via online platforms voor seksuele diensten.

De verandering in cliënten

Ook de cliënten zijn anders geworden. Vroeger waren het vooral Nederlandse mannen, vaak ouder, met een gevoel van schaamte. Vandaag de dag zijn veel cliënten jonge professionals, vaak uit het buitenland. Ze werken in Amsterdam voor een techbedrijf, of zijn een toerist die hier is voor een congres. Ze vinden callgirls via Instagram, Telegram, of een app die ze downloaden op hun iPhone.

De verwachtingen zijn veranderd. Ze willen niet alleen seks. Ze willen een ervaring: een vrouw die Engels spreekt, die weet hoe je een glas wijn opent, die een verhaal kan vertellen. De callgirl is geen slechte meid meer - ze is een serviceprovider. En de prijs spiegelt dat. Een uur met een Filipijnse callgirl die vier talen spreekt en een degree in communicatie heeft, kan 300 euro kosten. Een vrouw uit Roemenië die alleen Nederlands spreekt, vraagt 120 euro.

De impact op lokale callgirls

Dit alles heeft een prijs voor de Nederlandse callgirls die er al waren. Ze zijn verdrongen. Ze kunnen niet concurreren met de prijzen van buitenlanders, of met hun flexibiliteit. Een vrouw uit Polen kan elke dag werken, geen kinderen hebben, en geen gezinsverplichtingen. Een Nederlandse vrouw van 35 met een kind en een hypotheek kan dat niet.

Degenen die blijven, zijn vaak in een andere markt: ze werken als ‘escorts’ met een luxe imago, met een eigen appartement, een auto, en een website met foto’s in modebladenstijl. Ze zijn geen straatcallgirls meer - ze zijn een soort luxe dienstverlener. Maar dat is een kleine groep. De meeste Nederlandse vrouwen die vroeger in de seksindustrie werkten, zijn nu in andere sectoren: als barista, als freelance designer, als verkoopster.

Oude straatcallgirl verdwijnt in een digitale wereld van internationale serviceverleners.

Wetgeving en de grenzen van tolerantie

Nederland heeft een beleid van ‘tolerantie met regulering’. Maar dat beleid is verouderd. De wetten zijn gemaakt voor lokale, georganiseerde prostitutie - niet voor een globale, digitale, transnationale industrie. De overheid weet vaak niet wie er werkt, waar, en onder welke omstandigheden.

De meeste callgirls zijn niet geregistreerd. Ze hebben geen vergunning. Ze betalen geen belasting. Ze zijn onzichtbaar voor de overheid - en dus ook onbeschermd. Als ze worden misbruikt, kunnen ze niet naar de politie. Als ze ziek worden, krijgen ze geen medische zorg. Als ze willen stoppen, hebben ze geen ondersteuning.

De EU probeert dit aan te pakken met nieuwe richtlijnen over mensenhandel, maar die werken langzaam. En in de tussentijd blijft de markt groeien. In 2024 schatten onderzoekers dat meer dan 70% van de callgirls in Nederland buitenlandse nationaliteiten hebben. Dat is een verdubbeling sinds 2015.

Wat betekent dit voor de toekomst?

De callgirlindustrie in Nederland is geen lokale zaak meer. Het is een onderdeel van een globale arbeidsmarkt - met alle voordelen en risico’s die daarbij horen. Het is geen kwestie van ‘goed of slecht’. Het is een kwestie van realiteit.

De vraag is niet: ‘Moeten we dit verbieden?’ Maar: ‘Hoe kunnen we deze vrouwen beschermen?’

De oplossing ligt niet in meer politiecontroles. Die werken niet. De oplossing ligt in toegang tot rechten: een veilige manier om zich te registreren, toegang tot gezondheidszorg, een manier om geld te storten zonder een bankrekening, en ondersteuning als ze willen stoppen.

Deze vrouwen zijn geen crimineel. Ze zijn geen slachtoffer. Ze zijn werknemers - in een markt die geen regels heeft. En net als in elke andere branche, moet de samenleving ervoor zorgen dat ze niet alleen blijven.

Globalisering heeft de callgirlindustrie in Nederland veranderd. Het is nu een industrie met internationale kanten, digitale platformen, en een gebrek aan bescherming. De uitdaging is niet om terug te keren naar het verleden. De uitdaging is om een toekomst te bouwen waarin iedereen - ongeacht herkomst - veilig kan werken.